Verwijzing naar Excel oefeningen

Oefeningen 1, 2 en 3

Oefening 1

1.1. Vul dus eerst de tabel (de aantallen) in op basis van je eigen artikel. Zorg voor een sobere doch duidelijke lay-out van je tabel (b.v. opmaak lettertype, arcering, passende titel bovenaan de tabel, ….)

1.2. Bepaal op een correcte manier (formule !) som en procenten.

1.3. Maak van je tabel twee grafieken :

Een grafiek van het type "kolom" (daarbinnen mag je kiezen, maar kies een passende) 2D : stel de kolom met aantal hiermee voor (niet kolom %). Zorg voor gepaste titels (grafiek, horizontale as, verticale as), labels op de staven en wat bijkomende lay-out naar keuze.
Een cirkel 3D met uitgelichte segmenten. Zorg ook voor gepaste titels en labels met (automatische) procenten.

Oefening 2

2.1. Turf het aantal bronnen op een kladlijstje en breng daarna de aantallen per periode over in een nieuwe tabel (neem een nieuw werkblad en noem dit oefening 2; het eerste werkblad noem je oefening 1) . De tabel heeft onderstaande indeling (merk op : je mag eventueel een andere onderverdeling maken, zeker als bepaalde klassen geen enkele bron bevat; maar zorg voor meerdere klassen). Geef de tabel een aangepaste lay-out.

2.2. Maak nu een 'staaf van cirkel' met de (automatische) procenten. In de deel-grafiek rechts (in de staaf) plaats je via “aangepast” de twee klassen / rubrieken met het laagste percentage !

Oefening 3

Selecteer gegevens over verschillende provincies, gewesten, groepen of jaren (dus in ieder geval verschillende reeksen). Denk voldoende ruim (trefwoorden, vaktermen, …) om cijfermateriaal te vinden (zie 'tip' hierboven).

  • Breng deze gegevens onder in een tabel.
  • Stel deze gegevens visueel voor via een zinvolle grafiek naar keuze; zorg voor passende titels en wat lay-out.
  • Toon aan de hand van de reeksnamen aan dat je kan filteren, sorteren en subtotalen maken (datamatrix; werk via het excel-tabblad - menu - "Gegevens").